Als je met 3 talen leeft kan je veel plezier hebben aan woorden die uniek zijn voor die ene taal. 'Zuinig' is zo een woord in het Nederlands voor me. Want het reflecteert ook enigszins hoe ik de Nederlandse cultuur zo als 'buitenstaande' ervaar.
En terecht. Want 'zuinig' zijn houd wel hele goede waardes en normen in.
Bijvoorbeeld verspilling voorkomen, voorzichtig en aandachtig zijn en respectvol met spullen omgaan. En ook zijn ons paarden geen 'spullen', we gebruiken ze nu eenmal als we ze trainen en erop rijden. En als je dat lang en met plezier wilt doen, dan kan je beter zuinig met je paard zijn.
Een gelukkig en lang paardenleven ...
... begint al bij de keuze van de ouders. Niet elke merrie en niet elke hengst is geschikt voor de fok en dat kan vele redenen hebben, zowel lichamelijk als ook sociaal-psychologisch. We zouden met veel meer aandacht naar de kwaliteiten en zwaktes van de ouderdieren kijken, oprecht en eerlijk en of deze genen écht de beste levenskwaliteit kunnen leveren. Of dat nu sportpaarden zijn of je droom van een eigen veulen achter thuis. En bij sport paarden speelt helaas de variëteit ook een grote rol, want door de grote vraag naar weinig hengsten is de toegestane procentuele inteelt cijfer vrij uitgeput (bizar eigenlijk dat het überhaupt mag bestaan).
Leuk als er een mooi kleurtje uit komt - maar is de aanleg voor gezonde hoeven er ook?
Een bijzondere, opvallende ras! - maar weten we ook echt dat de genen vrij zijn van erfelijke ziektes of aandoeningen?
We willen grote bewegingen met leuke knie actie - maar zijn de banden en gewrichten ook sterk genoeg?
Ouders met prestatie in het verleden zijn top - maar hoe lang hebben hun het eigenlijk vol gehouden?
Als jij dus aan een schakelaar staat waar over nieuw leven word bepaalt kan je misschien ervoer nadenken om ook iets bij te dragen aan de levenskwaliteit van toekomstige paarden.
... word voornamelijk bepaalt door de leefomstandigheden en socialisering in de veulentijd.
De tijd vanaf de geboorte (oké, nog net iets daarvoor ook) tot aan de puberteit is ontzettend belangrijk voor ALLE zoogdieren. In deze tijd is het 'raam open', het lichaam en brein worden gevormd en 'ingewerkt'. Deze tijd is ervoor bedoelt om het organisme optimaal aan te passen an de omstandigheden waarin het zich op dit moment bevind, zodat het op lange termijn succesvol erin kan leven.
Nadat dit venster is gesloten word het steeds moeilijker voor brein en lichaam om zich aan te passen. Daarom is het zo belangrijk om in deze tijd alles wat nodig is te leren kennen. Denk hierbij aan sociale interactie met verschillende leeftijden, geslachten en persoonlijkheden maar ook de wereld, ondergronden, weer, beweging en voedsel.
Blijft de belevenis eenzijdig en beperkt kan dit op latere leeftijd enorm problemen opleveren.
En veulen dat alleen op zachte grond staat en loopt, veel op stal is en weinig uitdaging heeft kan zijn lichaam niet optimaal voorbereiden op de belasting die het bijvoorbeeld later als rijpaard moet aankunnen.
Heb je of verwacht je een veulen en kijk je ernaar uit om het groot te brengen? Neem je dan bewust tijd om de leefomgeving aan te passen en te managen dat het veulen zo gevarieerd mogelijk met stimuli en uitdagingen geconfronteerd wordt. Dat betekent niet dat we hem al meenemen naar de bak en met plastic zakken wapperen, maar dat we op de paddock en wei verschillende ondergronden aanbieden, dat er leeftijdgenootjes zijn maar ook oudere 'tantes' en 'ooms' waarin het zich mag testen in sociale vaardigheden. Dat het veulen planten, struiken en takken mag beknabbelen, dat het ervaart wat de mens allemaal zo doet met paarden, zonder angst en dwang. Dat er ruimte is voor bokken, springen, rennen en een gelukkige veulentijd.
... moeten we actief scheppen, bijhouden en ondersteunen. Ook voor volwassene paarden geld dat een uitdagende, gevarieerde, natuurlijke leefomgeving het lichaam en de psyche gezond houd (en kan helen). Het paard moet zich zelf kunnen zijn en onderhouden met genoeg voer, ruimte en sociale contacten zonder dat wij mensen er elke dag voor 'heen moeten'. Dat is de basis. Dat is thuis.
Wat wij dan verder met ons paarden doen is ondersteunend aan de levenskwaliteit. En word een paard een rijpaard is dit nog even extra belangrijk om op het oog te houden.
Daarbij komt voornamelijk voer, hoefzorg en bodywork aan bod.
Het voer voor elk paar zou graan-, suiker- en zetmeel vrij moeten zijn, want al deze drie dingen hebben niks in het darmstelsel van een graseter te zoeken (dit geld voor gefabriceerd voer zoals pellets, mash en slobber. Wortels, appels en andere groenten en fruit zijn met mate te genieten). Het voer mag wel een gebalanceerde mix van mineralen, vitamines en sporenelementen inhouden en hier op moet ook gelet worden i.vm. de hooi kwaliteit en water kwaliteit. Te veel ijzer in grondwater bijvoorbeeld levert ook problemen op. Te weinig magnesium het gras evenals.
De hoeven zijn de basis van elk paard (lees hier gedetailleerd erover). En de basis van elk paard is een blote hoef, dus zonder ijzers. Ijzers kunnen behulpzaam zijn bij individuele, speciale en medische problemen maar ze zijn niet de basis van een gezond paard. Ook niet als het een sport paard is. Ijzers hebben (en dat is onafhankelijk van een persoonlijke voorkeur) nou eenmal bijwerkingen en die zijn nadelig voor het hele lichaam. Dit heeft alleen zin als de nadelen van een blessure, ziekte of de stand van de benen groter zijn.
Hoeven groeien continu en bestaan uit levend materiaal dat zich aan de omgeving aanpast. Ook hoeven hebben dus behoeftes. Lees hier meer over.
Bodywork is de samenvatting van alles wat wij met het lichaam van een paard kunnen doen om zich beter te laten voelen. Denk aan massages, cranio sacraal therapie, ontspanningstechnieken, balance pads etc. De markt is groot en de mogelijkheden eindeloos. Dat betekent niet dat je om de zoveel weken een dure fysiotherapie moet betalen. Je kan ook heel veel zelf doen en leren. Een dagje spa, massage, knuffelen en stretchen na een zware training hoort er ook bij.
Een paard wat gereden word is een atleet - of je nu dressuur rijd of alleen buitenritten doet. En het lichaam heeft dus net zoveel aandacht verdient.
Een zuinige insteek in het trainen en gebruiken van een paard houd ook veel geduld in. We wachten met het inrijden of doorrijden liever nog een jaartje als we zien er komt een groeibeurt aan.
De trainingsplan past zich aan het paard aan, niet anders om.
Zie ik dat mijn paard nog veel onbalans heeft en niet achter onder stapt, doe ik liever nog maar een paar weken grondwerk.
Dat kan vervelend klinken voor de een of ander - maar een blessure door verkeerde belasting gooit je langer uit de training. En we willen erger voorkomen, toch?
Blijf eens stilstaan hoe complex zo een paardenlichaam is. En hoe groot de belasting van een ruiter kan zijn.
Ik heb al moeite na 10 minuten de boodschappentas te dragen. Ik zit ook vaak verkeerd en heb constant een zere nek.
Om gezond te kunnen tillen, dragen, lopen, klimmen, sjouwen moeten we correct en zuinig trainen, overbelasting en compensatie voorkomen en een gezond levensstijl volgen.
Waarom zou dat voor paarden anders zijn?
Een zuinig trainingsplan
Hoe breng en hou je een gezond paard in training?
Welke oefeningen kan je wel of beter niet doen en in welke mate?
Gaan we ervan uit dat we een goede huisvesting hebben en het paard klaar ervoor is om trainen.
Een voorbeeld hiervan is Sol, mijn 5 jarige ruin die nu langzamerhand weer bereden word.
Hoe ziet zijn trainingsplan eruit?
Aandachtspunten bij Sol: balans en draagkracht opbouwen, gepast bij zijn leeftijd.
Een jong paard kan niet zomaar zich zelf en zeker geen ruiter correct uitbalanceren en dragen, dat moet wel geleerd worden. Sowieso in een bak van zand (en op korte bochten) worden de pezen en gewrichten veel meer belast dan bijvoorbeeld op een buitenrit. Werken in de bak houden we dan ook kort.
We hebben de training opgebouwd vanaf het vrij werken in hele korte sessies om een gemeenschappelijke communicatie te vinden voordat ik hulpmiddelen zoals ee zweep weer ga introduceren. Omdat ik graag wil dat het paard mijn lichaam leert te lezen en niet alleen voor me wijkt omdat ik een lange stok vasthou.
Door het vrij werken heeft hij ook beter de kans om zijn eigen lichaam ongestoord te voelen en uit te balanceren waar nodig. Pas als ik op commando alle 3 gangen kan vragen, het halt houden en wijken, ga ik over op regelmatig werken aan de leadrope, longe of lange teugels.
Werken aan een touw vraagt dus veel meer korte bochten en buigingen waarvoor de banden en spieren sterk genoeg moeten zijn.
We doen bijna elke dag grondwerk en wisselen hier af van lichamelijke oefeningen aan de longe, in vrijheid en trucjes middels R+ wat de motivatie enorm verbetert. Als we niet in de bak werken gaan we wandelen. 1-2 dagen in de week doen we 'niks', poetsen of alleen bodywork voor de ontspanning. Onze sessies beginnen en eindigen met iets leuks wat ook voeren mag zijn - zo blijft het een prettige herinnering.
Hoe sterker Sol word, hoe beter zijn balans is, hoe meer ik kan vragen. Maar dat mag ook weken duren en soms vallen we een week of twee ook weer terug. Dat is heel normaal en goed voor het lichaam en de psyche om dingen te bevestigen en te herstellen. Het moet niet altijd vooruitgang zijn.
In het grondwerk wissel ik steeds meer af en breng ik meer variatie in de training, een combinatie van R+ en R-, werken met balken, schriktraining en tuigage passen.
Elke volgende grote stap zo als het rijden hebben we langzaam opgebouwd, beginnend bij zelfverzekerd inparkeren aan de opstap en blijven staan tijdens opstappen.
Het is niet nodig om gelijk een heel rondje te rijden of zelfs galop onder het zadel te vragen.
Zolang Sol zich aan de longe of in vrijheid niet goed kan dragen zou hij dat met mij daarop allang niet kunnen.
'In het tempo van het paard' heet dus zich ook echt de tijd nemen.
Dat kan weken of maanden duren.
Dat is zuinig zijn.
Hier te snel gaan is een groot risico voor de integriteit van het lichaam van het paard. Ook al vinden anderen mensen op stal misschien iets anders. Ook al word het overal anders gedaan. Laat je niet gek maken.
Blijf vooral luisteren naar je paard.
Kommentare